h
Verkiezingsprogramma

Hoofdstuk 2: Verkeer, openbaar vervoer en wegen

2.1: Verkeer
De SP wil naar een verdere ontlasting van de dorpskernen door o.a. omleiding van doorgaand verkeer. Noodzakelijke plateaus op kruisingen zijn goed aangelegd. De hoogte van noodzakelijke drempels/plateaus is volgens de CROW richtlijnen. Hulpdiensten moeten zo snel als mogelijk ter plekke te kunnen zijn. Als iedere minuut telt, dan is oponthoud door niet correct aangelegde verkeersdrempels funest! Verloren tijd door overbodige verkeersdrempels is voor de SP onaanvaardbaar. Oplossen van onveilige situaties kan op verschillende manieren. Het kan door:

  •  30 kilometerzones in de kernen;
  • bevorderen van langzaam verkeer;
  • parkeren in goede banen leiden. 

Verkeer tussen de kernen stroomt probleemloos. Bij het oplossen van de onveilige verkeerssituaties worden omwonenden betrokken. Onveilige situaties rond scholen worden direct aangepakt. Veilige oversteekplaatsen voor de schoolkinderen zijn een eerste vereiste. Wild parkeren rond scholen is een groot probleem voor kinderen die te voet komen en gaan. Het wildparkeren vereist en adequate aanpak door een BOA en/of de politie. Bedrijven dragen zelf zorg voor voldoende parkeergelegenheid op eigen terrein. Als dit niet mogelijk is, dan dragen ondernemingen bij in de kosten van de aanleg van extra parkeerplaatsen. Financiële middelen worden vrij gemaakt om het aanleggen van veilige voetpaden en fietspaden tussen de kernen mogelijk te maken. Voetpaden, fietspaden en bermen dienen goed onderhouden te worden. Voor ouderen en gehandicapten is de huidige staat van onderhoud plaatselijk niet altijd voldoende. Voetpaden en fietspaden zijn op plaatsen te hobbelig zodat het voor ouderen en gehandicapten moeilijker is om zich vrij te kunnen bewegen.
Voor het langzame verkeer (fietsers / voetgangers) worden plannen verder ontwikkeld en uitgevoerd. Voor schoolgaande kinderen zijn goede en vooral veilige fietsroutes nodig. Onveilige situaties, die via burgerparticipatie worden aangekaart, pakt de gemeente op. De gemeente stimuleert het openbaar vervoer waar mogelijk. Inwoners zonder auto kunnen overal komen binnen een redelijke tijd, tegen een aanvaardbare prijs. Dat geldt voor alle kernen van Bernheze. Woonwijken zijn verkeersveilig, waarbij de nadruk op wonen ligt. Langzaam verkeer voert de boventoon, de auto is te gast. In woonwijken horen geen doorgaande wegen te liggen. Sluipverkeer wordt actief tegen gegaan. Als voorbeeld wil de SP serieus overwegen om de vierde poot aan de rotonde in Heeswijk-Dinther te realiseren.
 
2.2: Openbaar vervoer en fietsvoorzieningen
De gemeente stimuleert het openbaar vervoer. (zie ook 2.1) (Buurt)bussen rijden tussen alle kernen. Hierbij is de bezetting niet maatgevend. Zonder een eigen auto, hebben inwoners recht op voldoende mobiliteit binnen Bernheze. Dit in verband met werk, verenigingsleven of andere zaken. 
Toegankelijk openbaar vervoer. Bussen zijn toegankelijk voor rolstoelen. De uitvoering van het vraagafhankelijk vervoer (CVV) wordt in samenspraak met alle belangenorganisaties georganiseerd. De gemeente zorgt voor voldoende parkeermogelijkheden voor mensen met een beperking. Fietsen in de plaats van autorijden wordt bevorderd door:

  • Waar mogelijk aanleg van fietspaden langs alle 60- en 80- kilometer wegen. 
  • Goede en veilige fietspaden. (denk o.a. aan voldoende verlichting langs fietspaden)

 
2.3: Wegen:
De SP wil doorgaan met het adaptief wegbeheer. Verbindingswegen tussen de kernen en wegen in de kernen zijn vrij van scheuren en gaten. Het onderhoudsniveau van voetpaden, fietspaden en bermen hoort op peil te zijn. De SP wil ook dat het onderhoud van wegen minimaal voldoende is. Dat is de absolute ondergrens.
 

2.4: Inwoners met een beperking in het verkeer

‘Openbare’ ruimte’ betekent ruimte die toegankelijk is voor iedereen. De gemeente let dus op de toegankelijkheid, zodat iedereen er gebruik van kan maken. Bij inrichting van de openbare ruimten wordt er aandacht besteed aan:

  • Rolstoelers
  • Slechtzienden
  • Slechthorenden 
  • nwoners met andere lichamelijke beperkingen 

Looproutes worden duidelijk gemarkeerd met gidslijnen. De trottoirbanden worden verlaagd op de hoeken. De gemeente besteedt nadrukkelijk aandacht aan herkenbaarheid van de woonomgeving voor inwoners met een beperking. Het IPG is hierbij een belangrijke gesprekspartner.  

U bent hier